Armste bevolking betaalt zwaarste tol aan corruptie
Corruptie komt in alle samenlevingen voor, waar ook ter wereld. Geen enkel land is er immuun voor, maar in arme landen is het vaak een kwestie van leven of dood.
Corruptie komt in alle samenlevingen voor, waar ook ter wereld. Geen enkel land is er immuun voor, maar in arme landen is het vaak een kwestie van leven of dood.
Ruim zeven jaar na de allereerste topontmoeting van staatshoofden en regeringsleiders van de Europese Unie en Afrika (Cairo 2000) had het Portugese EU-voorzitterschap er alles aan gedaan om van de EU-Afrikatop van 8 en 9 december in Lissabon een succes te maken. Eerste minister José Sócrates sprak zelfs van een historische gebeurtenis in de wederzijdse relaties tussen de twee continenten waarin zijn land een ideale brugfunctie vervult. Maar of de hooggestemde verklaringen over een ‘nieuw strategisch partnerschap' waarin de relatie donor-ontvanger geleidelijk moet vervagen veel zullen uithalen, is de vraag. Algemeen wordt aangevoeld dat deze top veel te laat kwam.
Officieel heerst er vrede in de regio van de Grote Meren. Congo hield vorig jaar verkiezingen na een turbulente periode van tien jaar waarbij naar schatting vier miljoen mensen omkwamen. De Burundezen hadden al een jaar eerder een moeizame overgangsperiode afgesloten met verkiezingen. En Rwanda experimenteert met het gacaca-systeem voor de berechting van duizenden genocideverdachten. Maar iedereen weet dat de vrede in de regio heel broos is. In het oosten van Congo gaat het de laatste weken veeleer de verkeerde kant uit. Kan de strijd tegen de straffeloosheid van oorlogsmisdaden een voldoende voorwaarde scheppen voor een duurzame vrede?
‘We willen Europa wel, maar niet het huidige Europa'. Die onvrede over de voorgestelde Europese grondwet kan zich vertalen in het afwijzen of wegstemmen ervan - althans in die landen die een referendum houden. Bij een aantal Europeanen uit diverse sociale bewegingen heeft die onvrede geleid tot een initiatief om een alternatieve visie op Europa te ontwikkelen. Sinds 2003 is er op diverse samenkomsten in Europa door enkele honderden mensen aan de tekst gewerkt.
Libië, voor Europeanen amper een boogscheut ver, is niet zo vaak meer in het nieuws, meest recent met de onderhandelingen rond de vrijlating van enkele Bulgaarse verpleegsters en een Palestijnse arts. De veranderingen die het land de voorbije halve eeuw kenmerken, zijn echter ronduit spectaculair en verdienen meer bekendheid.
Dat de steun voor de mondialisering in de EU en de VS wegebt, is niet ondenkbaar. Mondialisering is immers geen vanzelfsprekendheid maar een politieke keuze.
Internationale verdragen maken op zichzelf nog geen betere wereld. Maar ze zetten ons mee op de goede weg en zijn daarom hoogstnoodzakelijk. Dan is het wel jammer om te zien hoe vele landen heel vergeetachtig zijn in het ondertekenen of ratificeren van internationale overeenkomsten.
In New York vergadert sinds vorige week de 62ste Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Meer dan veertig landen hebben aangegeven in deze periode tot minstens één verdrag toe te treden, of een verdrag te ondertekenen of te ratificeren. Dat is niet niks. Maar de VN-verantwoordelijke, Annebeth Roosenboom, hamert erop dat landen meer kunnen doen om verdragen en overeenkomsten uitvoering te geven.
Het vertrouwen in overheden is over de hele wereld dikwijls heel laag. Dat is niet verwonderlijk wanneer het dogma decennialang is geweest dat de overheid moet terugtreden.
.